Dynaudio contour s3.4
Verwacht niet dat deze luidsprekers meteen goed klinken als ze net uit de doos komen. De eerste dag was verschrikkelijk. Het geluid was vervaagd, met teveel bas en een erg verzonken midrange. Er was geen stereo afbeelding van het geluid, zelfs niet met de beste opnames. Ik had deze ervaring ook met de Audience 42, dus ik verwachtte niet veel, maar ik verwachtte niet dat het zo erg zou zijn. Ik kreeg de luidsprekers op vrijdagmiddag, en na een paar uur van ‘breaking in’ (een paar van die uren op 100+dBA niveaus) begonnen ze op zaterdagavond eindelijk beter te klinken. Verbazingwekkend gewoon hoe dat mogelijk is. Ze werden een totaal ander stel luidsprekers. Elke dag nadien werd de zuiverheid beter en kwam de midrange tot leven. De dynamiek en de bas verbeterden zich ook dramatisch. Maar het geluid werd pas echt goed na een week luisteren (6 uur per dag). Dynaudio adviseert een ‘break-in’ periode van 200 uur.
De Classé CAM-200 monoblokken met de CP-35 voorversterker pasten uitstekend bij de Contour. Deze krachtige versterkers zijn zeer gedetailleerd in het volledige spectrum en hebben een geweldige dynamiek. Ze zijn ook heel neutraal, net als een Dynaudio luidspreker. Er is ook geen nadruk op de treble, wat typisch is voor Krell’s.
De Contours houden, net zoals alle Dynaudio’s, van kracht. U kunt ze echt lekker hard laten draaien wegens het complete gebrek aan dynamische compressie. Ik was in staat om een 115dBA SPL piek te bereiken op Hugh Masekela’s “Stimela”, het laatste nummer op zijn fantastische Hope CD (Triloka 7930185215-2). De kracht van de muziek voelen was echt ontzagwekkend. De bas is heel strak, gecontroleerd, en uitgebreid. Dit allemaal zonder de meubels in het huis te laten ratelen dankzij de uitstekende demping; het werkt als de ophanging van een sportauto, en dan meer als een Audi A4 dan een Buick LeSabre. De Buick LeSabre is wel leuk om een uurtje wat burnouts mee te doen en rond te racen, maar als je een paar uur in de auto moet zitten dan pak je toch een stuk liever de Audi A4 wegens het comfort. Er is gewoon geen ‘verzonnen’ bas. Af en toe klinkt het geluid wat mager, maar dat is logisch: er hoort ook geen bas te zijn, aangezien die niet is opgenomen. Deze luidspreker zal het, in tegenstelling tot een Bose, niet produceren.
De Countours zijn echter niet erg vergevingsgezind jegens slechte opnames. Eric Clapton’s Backless LP (RSO RS-1-3039) klinkt plat en gecomprimeerd, het plezier van het luisteren daardoor eliminerend. Aan de andere kant produceerde “Homeless” op Paul Simon’s Graceland LP (Warner Bros. W1-25447) een 3D stereo afbeelding van het geluid, wat leidde tot een bijna levensechte ervaring. Terwijl ik luisterde naar Jean Michel Jarre’s The Concerts in China LP (Polydor 40MM 0177/8)(wat waarschijnlijk één van de beste live opnames ooit is), was ik in staat om de luidsprekers, de versterkers, gewoon alles te vergeten. De Contours verdwenen compleet. Ik kon ze zien, maar zij produceerden het geluid niet, dat deed het podium dat tussen hun en om hun heen stond. Ik kon genieten van de muziek, volledig los van de buitenwereld. Verbazingwekkend. En dit, dit soort ervaring, is wat de grote van de legendarische onderscheidt.
Volgens de technische specificaties is de frequentierespons van de Contour 35Hz- 25kHz ±dB, maar de port resonantie is 28 Hz. Dit betekent dat ze vanaf 28 Hz nuttige bas kunnen produceren. En dat is ook wat ik voel. Hun bas extensie en kwaliteit overtreft eigenlijk dat van alle luidsprekers die ik ooit gehoord heb. Ze zijn werkelijk ‘full range’ luidsprekers, er hoeven geen versterkers aan te pas te komen. Hetzelfde geldt met de 30 jaar jubileum Pink Floyd heruitgave van de beroemde Dark Side of the Moon LP (EMI SHVL 804). Hij heeft een volle, rijke, en krachtige bas, dat geheel tot de laagste registers reikt. De beat is schoner en meer realistisch dan ik ooit gehoord heb. Tijdens het luisteren naar Billy Cobham’s bekende “A Funky Kind of Thing” op zijn album “A Funky Thide of Sings” (KOCH JAZZ KOC-CD-8527), lukte het mij om het allerlaagste uit de woofers te halen tijdens de luide passage van de basdrum. Wegens het volledige ontbreken van compressie, is het moeilijk om erachter komen hoe luid je kan gaan voordat het dynamische limiet is bereikt, vooral met een versterker zo krachtig als de Classé CAM-200. Vergelijkbaar gespecificeerde luidsprekers zouden een onplezante compressie laten horen voordat ze de limiet bereiken, waardoor veel luisteraars niet zo luid zouden willen spelen. Hoe dan ook, dit ‘limiet bereiken’ kan alleen gebeuren wanneer de bas op een opname erg is overdreven (een voorbeeld is de kanon passage op Telarc’sTchaikovsky 1812 (Telarc CD-80041)(trouwens een erg slechte vroege digitale opname).
Op de tweede zijde van Andreas Vokenweider’s Doown to the Moon LP (CBS FM 42255) is de helderheid van de treble van de harp ongelofelijk. Maar op Vollenweider’s White Winds (CBS FM39963) is de treble droog en mechanisch (geen wonder, het is een digitale opname). De Contours laten duidelijk de superioriteit van een goede anologe opname over een digitale CD zien. CD geluid klinkt leeg, alsof er iets mist (toegeschreven aan hun lage resolutie). Analoge is soepel, gelijkmatig, en natuurlijk. Een ander voorbeeld is Muddy Waters’ Folk Singer (CHESS LPS 1483), een uitstekende LP. Het heeft een fantastische dynamiek en resolutie, ook al is de opname 40 jaar oud. Je kan de vingers over de snaren horen glijden, en Muddy’s tikken van de voet onthult een heel erg goeie bas extensie. Maar het beste van het beste is de recente Direct to Disc (D2d) 45 rpm opname van The Bill Cunliffe Trio’s Live at Bernie’s (Groove Note GRV1009-1DD). Dit is waarschijnlijk één van de beste opnames ooit (eigenlijk kan je het niet echt een opname noemen, aangezien de draaibank de LP direct vanuit de microfoons kerft). Het effect is zeer ongebruikelijk. De scherpe kant van traditionele opnames bestaat niet. Niets klinkt te uitgesproken…Net als in het echte leven.
Aangezien dit een recensie is van een ‘high-end’ luidspreker is, is het misschien een goed idee om wat vergelijkingen te maken. Ik vergeleek de 3.4’s met hun grotere broers, de 5.4’s ($8000/paar) en zelfs de C4’s ($16,000/paar). De 5.4’s hebben meer bas, maar ik prefereerde de balans van de 3.4’s. De 5.4’s zijn, voor mijn gevoel, te rijk in bas. In mijn kleinere kamer (vergeleken met de kamer van de dealer) zou hun bas overweldigend zijn. De 5.4’s zijn ontworpen om in veel grotere ruimtes te spelen. De C4’s klinken heel erg als de 5.4’s, maar een stuk verfijnder. Vanwege minder nadruk op de bas kon ik meer details van de midrange en treble horen. Een grote bas maskeert bijna altijd veel van de details van de lagere niveaus. De 3.4’s waren ook een stuk meer ontspannend vergeleken met de B&W’s Nautilus 802’s. B&W’s metalen tweeters waren, naar mijn smaak, te fel, en hun geluid heeft een bepaald muzikaal karakter, genaamd kleuring. Na een tijdje veroorzaken ze vermoeidheid. De 3.4’s hebben dan wel niet de grote bas impact van de grotere woofers, maar de 7″ mid-woofers hebben het beste van twee werelden: snelle en gedetailleerde midrange, uitstekende dynamiek, en een goeie extensie voor lage bastonen. Grote woofers vereisen ook 3+ way crossovers, die voor nog meer vervormingen zorgen en het geluid modderig laten klinken.
De Dynaudio heeft mijn mening over de grootte van woofers en bas kwaliteit veranderd. Ik geloofde eerst niet dat kleinere woofers in de buurt konden komen van de bas precisie en dynamiek van de ‘grote jongens’. Na mijn ontmoeting met de Dyanudio’s zijn al mijn traditionele opvattingen verandert. Deze speakers zijn het meest natuurlijke dat ik ooit gehoord heb. Naar mijn mening behoren ze bij de elite in de high-end wereld. Zijn ze referentie klasse? Absoluut. De beste luidsprekers in de wereld? Ze komen heel dichtbij. Dynaudio, bedankt voor de muziek, ik kan er weer van genieten.
Millon Air Reference II
Klank:
Als binnenkomertje werd gekozen voor een aantal rustige nummers. De sfeer werd door de Millon prima opgepakt met veel rust en ruimte. Mary Black: een mooi stemgeluid met veel gevoel. De stem staat vóór de speaker.
Daarna werd er wat geschoven om uiteindelijk uit te komen op een meter van de achter- en dezelfde afstand van de zijkant. Het laagaandeel is naar smaak in te vullen door naar voren en naar achteren te schuiven.
Avalon Sentinel II luidsprekers
Vanaf het begin van het eerste liedje van The French Triangle Test CD, creëerde de Sentinel II een wijd en diep geluid. Het geluid van elk afzonderlijk muziekinstrument scheen groot en vol. Ik was heel erg tevreden met de kwaliteit van de muziek. De saxofoon was warm en magnetisch en de blaasgeluiden droegen de kwaliteit van een grote hoeveelheid lucht die uit de bel van een sax werd geblazen.
Sonus Faber Guarneri memento
De Guarneris klonken, direct nadat ik ze uit de doos had gehaald al meteen goed, maar uit de eerste auditie bleek dat met langdurig experimenteren ze nog meer subtiliteit zouden kunnen gaan onthullen. De Musical Fidelity A-1000 class-A amplifier, alhoewel een beetje uit de prijsklasse van de Guarneri, toonde dat deze luidsprekers een zoete versterker nodig hebben die harmonisch in evenwicht is.
B&W 804 Diamond
B&W 804 Diamond vs. B&W 803D.
Ik heb de kans gehad om de "oude" 803D naast de 804 Diamond te zetten en ze te vergelijken. Ik was erg verrast. De 803D won zeker weten op het gebied van "grootheid van geluid" gezien zijn grotere kast. Maar, het kon (totaal) niet op tegen het "begrip" van het geluid dat uit de 804 Diamond kwam. De 803D klonk eigenlijk een beetje ingesloten en gedempt.
De gedetailleerde en ongekleurde midrange reproductie van de Aurum Cantus V2M zette me aan om te gaan graven voor mijn collectie van goed opgenomen vocale uitvoeringen. Bij "Round Midnight", van Ella Fitzgerald's Clap Hands, Here Comes Charlie! was elke zijdeachtige, wulpse stembuiging van Fitzgerald zo fascinerend dat ik op mijn notitieblok krabbelde: "Ze praat tegen me. Ze zingt tegen me..
Pure 'full range' elektrostatische luidsprekers
Het nieuwe Audiostatic DCA (Direct Coupled Archive) luidspreker systeem is een combinatie van twee, vier, of zes pure 'full range' elektrostatische dipool luidsprekers. Die, afhankelijk van het aantal luidsprekers, de DCA2, DCA4, of DCA6 heten.
Ik verwachtte een lange periode waarin ik de Maestro's moest laten 'inspelen', een zogenaamde break-in period, na mijn ervaring met de Electra 1007 Be boekenkast luidsprekers, maar hun balans veranderde zeer weinig na de eerste dag van gebruik. Ik vond het geluid van de Focal 1007 Be briljant; en in contrast was de Maestro Utopia eigenlijk een beetje mild, zelfs beschaafd
De Egea 3 is een drie weg ontwerp: twee 170-millimeter bas drivers met 125-millimeter diameter Duocell cones die geladen zijn met een 'downward-firing' port dat uitkomt tussen de basis en de plint.
Rond 1.1 kHz kruist dit over naar één van Cabasse's speciale co-axial drive units, die een ringvormige membraam heeft en om een kleine hoorngeladen dome tweeter zit.
De AMT tweeter van de B25 produceerde de treble en hogere midrange zonder moeite en met een gebrek aan oneffenheid. De vibe begeleiding in "The Mooche"van Rendezvous: Jerome Harris Quintet Plays Jazz glinsterde met cascades van duidelijk gedefinieerde harmonieen, terwijl de trompet en trombone solo's prachtig geluid leverden. Ik hield vooral van de subtiele harmonische boventonen in "Unspoken Words" in Joe Beck's The Journey en het angstaanjagende en transparante klokkengelui dat H. Owen Reed's La Fiesta Mexicana van Howard Dunn
De meeste audioliefhebbers associëren Italiaanse luidsprekers met een warm, romantisch geluid. Hun aantrekkingskracht tot deze luidsprekers heeft meer te maken met hun hart dan hun hoofd. Maar niets van de timbre balans tot het algemene geluid van de Sovran zette mij tot zwijmelen
Het Genesis™ 1.2 luidspreker systeem is de nieuwste iteratie van het leidende luidspreker systeem van Genesis. Gecreëerd door de muziekliefhebber die geen compromissen accepteert in de reproductie van een muzikaal evenement, is de Genesis 1.2 het hoogtepunt van een 30-jaar oud nalatenschap van 'reference level line-source dipole' luidspreker systemen die hun oorsprong vinden in de Genesis I in 1993, en zelfs verder terug tot in de IRS™ in 1977.
JBL Synthesis 1400 Array BG
De 14" woofers produceerden een overtuigende volle klank met het orgel, zoals te horen is op in begin van Strauss's Also sprach Zarathustra, uitgevoerd door Erick Kunzel en de Cincinnati Pips op Time Warp (CD, Telarc CD-80106), en speelde de pijporgel's aanhoudende lage C (32Hz) dat James Busby's optreden van Howells' Master Tallis' Testament van Pipes Rhode Island (CD, Riage 101) afsluit. Beide selecties lieten de lucht in mijn kamer trillen en de losse radiator panelen rammelen.
Het is niet vaak dat we het woord 'polyhedron' tegenkomen, of het nou te maken heeft met hi-fi of niet. Echter, bekijk Diapason's verkoopbrochure en daar staat het, samengaand met uitdrukkingen als 'staven van massief walnoot', gebruikt om de constructie van de kast aan te duiden, en 'direct drive' technologie - refererend naar het ontbreken van een elektrische crossover tussen de mid/bass driver en luidspreker terminals.
De Guarneris klonken, direct nadat ik ze uit de doos had gehaald al meteen goed, maar uit de eerste auditie bleek dat ze extra lagen van subtiliteit zouden blijven onthullen, wat langdurig experimenteren verplichtte. De Musical Fidelity A-1000 class-A amplifier, alhoewel een beetje uit de prijsklasse van de Guarneri, toonde dat deze luidsprekers een zoete amp nodig hebben die harmonisch in evenwicht is.
In mijn luisterkamer had het Leben-ProAc koppel een mooi gebalanceerde combinatie van transparantie en helderheid dat samenging met muzikale zwaarte en warmte - geen gemakkelijk iets om voor elkaar te krijgen.
ProAc maakt zelden blitse luidsprekers. De producten van het bedrijf hebben de neiging om er redelijk normaal uit te zien - en deze Response D18s lijken die trend te volgen.
Schrap de stijlvolle Ebony veneer - een £400 premium op de prijs die we al genoemd hebben - en je hebt, fysiek gezien tenminste, niets meer dan de zoveelste slanke two-way tower.
De eerste luister sessie met een volledige Quad 99/909 stack was veelbelovend, maar nog niet beslissend. Zoals altijd klonken de pre-amplifiers van de Quad natuurlijk, maar met een gebrek aan finesse, detail, en algehele levendigheid, zelfs met bekwame power amps.
De 989 is de eerste echte full-range electrostaat die ik tegengekomen ben
Vijf-ster luidsprekers zijn meestal algemeen inzetbaar, werken goed in vele systemen, en stellen het grootste gedeelte van de tijd veel mensen tevreden - maar niet deze luidsprekers. De Talisman IIIs zijn geweldig, erg muzikaal, en in staat om vele luisteraars te betoveren, maar in tegenstelling tot de meeste producten die vijf sterren ontvangen hebben ze een merkbare zwakheid - hun treble prestaties.
De B&W Nautilus zijn de front luidsprekers in een systeem dat gebruik maakt van vier B&W Nautilus 801s als sides en rears, een B&W HTM als middenkanaal, en de Krell Master Reference Subwoofer. Versterking wordt in dit systeem gedaan door 13 Krell 650W monoblokken - 8 van deze zijn voor de slakkenhuisachtige Nautilus, welk van de meeste anders luidspreker ontwerpen verschilt wegens het feit hij actief is: de crossovers komen in een aparte doos, splitsen het signaal, en geven het door aan elke versterker
MUZIKALE PRESTATIES:
De XTs bleken zeer geschikt om het weelderige, neo-British Invasion geluid van de cd Strange Geometry van de band The Clientele's te reproduceren, de delicate snaarinstrumenten in "I Can't Seem to Make You Mine" gaf het weer met een mooie combinatie van zijdeachtigheid en detail. Terwijl het dromerige pop nummer richting zijn hoogtepunt zweefde, werd ik getroffen door hoe duidelijk de verschillende instrumentele lagen - snaarinstrumenten, piano, vibrato gitaar - klonken
Wauw, wat heb ik me vergist!
De allereerste noot liet niet alleen mijn vooroordeel verdwijnen, maar schudde ook aan de grondvesten van een paar van mijn overtuigingen die ik tijdens jaren gebruik van 'high-end' gereedschap gevormd heb. In het verleden ben ik grote creaties tegengekomen - zowel in een gecontroleerde omgeving als in demoruimtes - en hun neiging om een gigantisch beeld te projecteren, wat ongetwijfeld indrukwekkend is maar altijd vermoeiend wordt op de lange termijn, laat staan schaamteloos onrealistisch.
Het woord dat de Infinity Betas het beste beschrijft is "fantastisch". Deze luidsprekers hebben meer aanleg om iemands haren overeind te doen staan dan enig ander systeem. Ik heb kippenvel van opnames met accordeon en harmonica solo's, wat ongehoord is, aangezien ik normaal gesproken geen van beide echt spannende muziek vindt om naar te luisteren.
Wilson Benesch gaat misschien een zware strijd aan met de Trinity. Op het eerste gezicht verschilt het ontwerp weinig van de zeer gerespecteerde Arc van het bedrijf, met de toevoeging van een additionele super tweeter - en dat kan moeilijk het prijsverschil van £2000 rechtvaardigen.
Misschien lag het aan de begrensde lage bas output, maar het bleek relatief makkelijk om de optimale positie voor de Spendors te vinden in mijn kamer. Ik gebruikte mijn gebruikelijke 24" Celestion standaarden met de SA1s, de pilaar van elk van de standaarden gevuld met een mix van droog zand en lood. Onder het tapijt vastgenageld aan de grond, plaatsten deze standaarden mijn oren net boven te tweeter, maar ik had niet het idee dat ik onderuit moest zakken om een goede tonale balans te krijgen
Het is gemakkelijk om een luidspreker als de Spendor A9 te onderschatten, hij kost immers $4000 en ziet er redelijk gewoontjes uit.Maar, zoals altijd, gaat het allemaal over de technische details. Spendor maakt zijn drive units binnenshuis in plaats van ze bij een OEM leverancier te halen. Dit geeft hun technici de vrije hand, gezien het feit dat een drive unit ontworpen kan worden voor een specifieke taak. Spendor heeft veel werk gedaan op cone materialen en is gegaan voor een cone van polypropeen en kevlar voor de twee bas drivers.
Dali Ikon 5mk2
De beste manier om een luidspreker te kiezen die bij jou past, is door op je oren te vertrouwen. Pak een aantal CDs mee die je kent en luister naar ze via zoveel mogelijk luidsprekers. Houd aantekeningen bij over hoe elke luidspreker klinkt, aangezien je dat waarschijnlijk snel weer zult vergeten. Daarom is het geweldig om in een gespecialiseerde audio zaak een comparator te gebruiken.
Verwacht niet dat deze luidsprekers meteen goed klinken als ze net uit de doos komen. De eerste dag was verschrikkelijk. Het geluid was vervaagd, met teveel bas en een erg verzonken midrange. Er was geen stereo afbeelding van het geluid, zelfs niet met de beste opnames. Ik had deze ervaring ook met de Audience 42, dus ik verwachtte niet veel, maar ik verwachtte niet dat het zo erg zou zijn. Ik kreeg de luidsprekers op vrijdagmiddag, en na een paar uur van 'breaking in'
Dynaudio Evidence Master
Dynaudio luidsprekers springen nooit op om één bepaald ding heel hard te zeggen, maar wat ze wel doen is alles ongelofelijk accuraat zeggen, zodat jij uiteindelijk iets als "wow! Deze luidspreker is zo natuurlijk!" moet zeggen. Ik heb vele luidsprekers van deze prijsklasse beluisterd, waaronder merken als Wilson en B&W. Geen van hun spreekt tot je zoals Dynaudio. Dit is veruit mijn favoriete referentie niveau luidspreker. In een notendop: hij brengt een heel erg natuurlijke weergave van alle instrumenten en frequenties over.
Alle Excite modellen zijn voorzien van een Magnesiumsilicaat Polymeer cone woofer met gegoten aluminium behuizingen en aluminium spoelen. Dynaudio's speciaal bedekte soft-dome tweeters, met nieuw ontworpen magneet structuren, sieren alle luidsprekers. De Excite luidsprekers zijn beschikbaar in esdoorn, kersen, palissander, en zwart essen fineer hout; mijn recensie exemplaren kwamen in een diep en donker palissander, wat er werkelijk prachtig uitzag
De Infinity Reference Standard is, tot nu toe, de beste prestatie ooit van een bedrijf dat gewijd is aan het verkennen van de grenzen van luidspreker technologie. Het is in elk aspect een systeem zonder compromissen. Het traditionele maken van luidsprekers heeft historisch gezien altijd een compromis moeten hebben tussen verschillende ontwerp limieten (dingen als efficiëntie, krachtvermogen, dispersie, kastgrote, prijs, en andere factoren die ten koste van elkaar gingen) met een doel een "praktisch" eindproduct te bereiken